Fantastique Maupassant : nouvelles étranges

welnu, ik, mijnheer, behoor tot het oude ras, dat graag gelooft [...] gewend om niet te begrijpen, niet te zoeken, niet te weten, gemaakt van de omringende mysteries en dat de eenvoudige en duidelijke waarheid weigert. Ja, mijnheer, we hebben de verbeelding ontvolkt door het onzichtbare te verrassen. [De overtuigingen die het poëtisch maakten zijn verdwenen Maupassant, Angst.

De auteur hield van bijgeloof, de angst die opkomt als men een kerkhof nadert, de angst voor dampen op een moeras, will-o'-the-wisps in de nacht? Hij houdt ervan om mensen bang te maken en bang te maken. Van deze fantastische angst die bestaat uit verschijningen, afgehakte handen, geesten, van deze kreten waarvan de oorsprong onbekend is. Maupassant, twee acteurs en een muzikant om deze theatrale lezing een enge sfeer te geven, geïllustreerd door het instrument als een hoorspel.